index next

INLEIDING

Een besturingssysteem is een computerprogramma dat de besturing van een computer door een mens mogelijk maakt.
Mijn favoriete besturingssysteem is DOS.
Waarom? Het is bekend, stabiel en relatief eenvoudig in gebruik en onderhoud.

De eerste versie van DOS heette QDOS. QDOS stond voor Quick and Dirty Operating System. Deze eerste versie was een schaamteloze copie van het besturingssysteem CPM (Control Program for Microcomputers) van Digital Research. Nu staat DOS voor Disk Operating System.
De bekendste versies van DOS zijn MS-DOS van Microsoft en DR-DOS van Digital Research (tegenwoordig Caldera).
Tegenwoordig bestaan er ook gratis versies van DOS. Ik ken bijv. FreeDOS en OpenDos (ook van Caldera). Ik gebruik OpenDos 7.01 en dat werkt prima.


DOS

De "D" van DOS staat dus voor Disk. Een disk (Engels voor schijf) kan bijv. een floppy-disk zijn of een hard-disk.
De floppy-disk wordt meestal aangeduid met "A:" en de hard-disk met "C:". Voor het gemak ga ik vanaf nu uit van deze situatie. Men mag overigens ook kleine letters i.p.v. hoofdletters gebruiken.
Als men de computer opstart met DOS dan ziet men meestal:

C:\>_

Het liggende streepje knippert en dit noemt men de DOS prompt.
De "C" geeft aan dat men zich op de harde-schijf bevind. Als men naar de floppy disk wil dan kan men "A:" intypen gevolgt door de return of enter toets (de aanhalingstekens moet men uiteraard niet intypen).
Op deze manier kan men naar elke willekeurige schijf van A tot en met Z, mits er daadwerkelijk een schijf met die letter bestaat.

Men kan zogenaamde DOS-commando's achter de prompt intypen (gevolgt door enter of return).

Men moet weten dat DOS de harddisk opdeelt in zogenaamde 'directories' (of Mappen) met een pyramide-achtige structuur (ook wel te vergelijken met bijv. een stamboomdiagram).
Iedere disk heeft zo'n pyramide structuur. De top noemt met de 'root directory' en daaronder zitten 'sub directories'. In bovenstaand voorbeeld geeft "C:\>" aan dat men zich op de root directory van de harde schijf bevind. Men kan nu het commando CD gebruiken om naar een andere directory te gaan. Als men bijv. "CD WINDOWS" gevolgt door enter intypt dan ziet men:

C:\WINDOWS>_

Dit betekent dat men zich in de sub directory met de naam WINDOWS bevind.
In een directory bevinden zich meestal computerbestanden die men in het Engels ook wel 'files' noemt (voor de soorten files die er bestaan verwijs ik naar mijn pagina daarover). Welke files zich in een directory bevinden kan men zien met het commando DIR.
Het is misschien makkelijk om zich het concept van files en directories op een disk als volgt voor te stellen:
De disk is vergelijkbaar met een documentenkast, de directories kan men opvatten als documentmappen en de files zijn de daadwerkelijke documenten.


Behalve DOS-commando's kan men ook toepassingsprogramma's of applicaties (zoals bijv. een tekstverwerker) opstarten door het intikken van de naam gevolgd door enter.
Als men dit doet in dezelfde directory waar het programma zich bevind dan zal dit in de regel werken.

DOS COMMANDO'S

In principe worden bij iedere versie van DOS een aantal applicaties 'standaard' meegeleverd. Deze applicaties bevinden zich bijv. bij MS-DOS (< versie 7.0) in de directory C:\DOS.
Hoewel dit in principe gewoon kleine DOS-programma's zijn worden ze (externe) DOS commando's genoemd.
Behalve bovengenoemde commando's heeft DOS ook een aantal 'interne' commando's (die dus niet te zien zijn in een directory).
Bij Windows '95 (ofwel MS-DOS 7.0) bevinden de externe commando's zich in C:\WINDOWS\COMMAND en bij OpenDOS in de directory C:\OPENDOS.

Enkele handige DOS commando's zijn:
DIR Geeft inhoud directory.
TYPE Geeft de inhoud van een ascii-files zoals bijv. AUTOEXEC.BAT.
CD Change Directory
SET Geeft het zogenaamde Environment (de systeemvariabelen) van DOS
DISKCOPY Kopieert diskettes.
COPY Kopieert files.
DEL Delete: Wist files.
REN Rename: Een file hernoemen.
FORMAT Formatteert diskettes en harddisks.
MEM Memory: Geeft de status van het interne geheugen.
CHKDSK Check Disk: Controleert de harde schijf of diskette.

Enkele handige DRDOS commando's/programma's:
XDIR Uitgebreidere DIR
DISKOPT Defragmenteert harde schijf of floppy.
NWCACHE Disk cache programma.
XDEL Uitgebreidere en snellere DEL.
EDITOR Een ascii-editor.
Een voorbeeld ter illustratie:
XDEL *.TMP /S
Als men bovenstaand commando uitvoert in de rootdirectory, dan worden alle .TMP files op de harddisk gewist.

Enkele handige MS-DOS commando's/programma's:
DEFRAG Defragmenteert harde schijf (ook floppies).
MSD Microsoft Diagnostics geeft veel informatie over het computersysteem.
EDIT Ascii-editor (heeft wel QBASIC nodig in het geval de versie ouder is dan 7.0).
SMARTDRV Disk cache programma, voor snellere toegang en minder ratelen van harddisk (vreet wel intern geheugen).
MEMMAKER Voor het optimaliseren van de Memory Manager EMM386.EXE (heeft behalve EMM386.EXE wel nog wat ander files nodig).

Een voorbeeld van een zeer handig DOS commando:

DIR *.WAV /S (In DR-DOS moet men: XDIR *.WAV /S gebruiken)

Als men bovenstaand commando uitvoert in de rootdirectory van een harddisk, dan worden alle .WAV files op de harddisk gevonden (werkt veel sneller dan het vinden van een file binnen Windows).

Met het commando SET ziet men o.a. de waarde van de systeemvariabele PATH.
Bijv:
PATH=C:\DOS;C:\WINDOWS;C:\PROGRAMS
In dit voorbeeld zijn applicaties die zich in een van deze drie directories bevinden overal (dus vanuit iedere andere directory) uitvoerbaar.

index next